Calandkanaal
Het ruim 10 kilometer lange Calandkanaal loopt vanaf de Noordzee evenwijdig aan de Nieuwe Waterweg en geeft toegang tot de industriegebieden van Europoort. Het Calandkanaal eindigt even voorbij de Calandbrug. Daar maakt het kanaal een scherpe bocht naar het noorden en krijgt het de naam Brittanniëhaven. Deze haven loopt dood tegen de A15 bij het concern van Huntsman.. De Brittanniëhaven is een belangrijk overslagpunt van auto’s die worden aangevoerd door autoschepen. Jaarlijks meren 250 autoschepen af in deze haven.
Om
het Calandkanaal in de omgeving van de Botlekbrug bij grote windkracht te kunnen
bevaren door windgevoelige autoschepen, was een windscherm nodig van 1.750 bij
25 meter dat 25% wind moest doorlaten. Voor fietsers is een speciale tunnel
onder het betonnen scherm gebouwd.
De
Rozenburgsesluis ligt even voorbij de Calandbrug. De sluis werd in 1971 geopend
door de toenmalige koningin Juliana. De sluis ligt tussen het Calandkanaal en
het Hartelkanaal. Binnenschepen die in het Calandkanaal moesten zijn, konden
daar alleen komen via het Breeddiep aan het einde van de Landtong Rozenburg,
tegenover Hoek van Holland. De schepen met bestemming Hartelkanaal moesten
omvaren via de Oude Maas en de Hartelsluizen. De Rozenburgsesluis betekende een
kortere vaarweg voor deze schepen.
De
Rozenburgsesluis is een schutsluis met 12 deuren en twee basculebruggen,
waardoor het wegverkeer steeds doorgang heeft. Inmiddels is de Beerdam
doorgebroken en werd het mogelijk direct lading over te slaan van de zeevaart
naar de binnenvaart.
Bijzonder aan de Calandbrug en aan de Rozenburgsesluis is, dat beiden zijn gebouwd middenin de vruchtbare grond van het eiland Rozenburg. Pas daarna werden het Caland- en het Hartelkanaal gegraven.